Inspiratie

Yvette & Co

Hoe verbind je de medewerker 3.0 aan je zorgorganisatie?

Samen met mijn jongste zoon keek ik naar de film “A star is born” waarin Lady Gaga de hoofdrol speelt. Een prachtige film over liefde, succes en ook de donkere kant van het leven. Ondanks dat mijn zoon het einde van de film moeilijk kon loslaten, sprak het sterrenleven uit de film hem aan. “Ik wil ook gitaar spelen, verliefd zijn, liedjes schrijven en in een prachtig huis wonen”. In zijn beleving konden de hoofdrolspelers een volledig vrij leven leiden en hun hart volgen. Is hij nu het voorbeeld van de nieuwe generatie, de medewerker 3.0? Wil hij zich later überhaupt nog wel verbinden aan een organisatie? Een paar jaar geleden deed ik een literatuuronderzoek naar de nieuwe generatie medewerkers. Een lastige groep om te verbinden aan je organisatie. Of valt dat wel mee? Als je nieuwsgierig bent naar mijn bevindingen lees dan onderstaande samenvatting van mijn literatuuronderzoek. 

In een snel tempo passen zorgorganisaties zich momenteel aan aan de veranderende omgeving. Niet alleen wet- en regelgeving en de wensen van cliënten veranderen, ook doet een nieuwe generatie medewerkers zijn intrede. Deze medewerker 3.0 heeft niet langer de drang naar geld en status, maar zoekt een uitdaging passend bij zijn eigen ‘spoor’, zijn talenten en de passie en centrale waarden in zijn leven. Autonomie en eigen verantwoordelijkheid staan hoog in het vaandel en er is meer behoefte te investeren in vakmanschap en talentontwikkeling. De medewerker 3.0 doet dit bij een organisatie waarin hij persoonlijk gelooft. Hij wil zichzelf in een organisatie herkennen, vanuit een sterke behoefte ergens bij te willen horen. De arbeidsrelaties worden daarbij meer wederkerig en gelijkwaardig. Het vaste contract is niet langer de norm en persoonlijke afspraken worden gemaakt vanuit de gedachte dat ieder mens en elke situatie uniek is.

Organisaties kunnen de medewerker 3.0 vinden én verbinden als ze hun identiteit duidelijk weten te formuleren en uit te dragen. Met andere woorden: als ze hun merk stevig neerzetten. Zorgorganisaties worden hier steeds beter in, maar het verdient nog zeker aandacht. Vaak lijken ze dezelfde diensten te leveren in dezelfde markt, waardoor ze hun aantrekkingskracht verliezen. Een gemiste kans. Door als zorgorganisatie je merk zorgvuldig te bepalen en kernachtig te beschrijven, uitgaande van de diepe wortels van je organisatie en een zorgvuldig gekozen, onderscheidend karakter, zullen medewerkers bewust en positief voor je organisatie kiezen. Dit vraagt introspectie en zelfkennis van de organisatie. Ook vormt het merk een kompas dat duidelijk en eenvoudig richting en ruimte geeft aan houding en gedrag van medewerkers. Juist dit gedrag geeft een organisatie van binnenuit een unieke persoonlijkheid met een eigen karakter.

Als medewerkers het merk omarmen en toepassen in hun werk, vergroot dat de mogelijkheden voor een organisatie om zijn ambities in de markt waar te maken. Kortom: een sterk merk verbindt niet alleen de nieuwe generatie medewerker 3.0, het geeft ruimte aan nieuwe arbeidsrelaties en maakt een organisatie aantoonbaar succesvoller door tevreden medewerkers en het creëren van fans en ambassadeurs.

Ik daag zorgorganisaties uit en ga graag in gesprek om stil te staan bij de vraag in hoeverre ze een eigen karakter vormen in de markt en bereid zijn om hun merk in alle facetten waar te maken. Juist in deze tijd van krapte op de arbeidsmarkt en het ontstaan van nieuwe organisatievormen is het van belang om vanuit het eigen merk de juiste mensen te vinden en bovenal dat medewerkers aan de organisatie verbonden (willen) blijven. Laat medewerkers dus vooral van je merk houden!

Mijn zoon plaagt nu zijn vriendin dat hij een beetje verliefd is geworden op Lady Gaga. Hij is na het zien van deze film van haar ‘merk’ gaan houden. Haar vakmanschap, haar passie, haar autonomie en vooral het volgen van haar ‘eigen’ spoor zijn inspirerend voor hem. Ik laat hem vooral heerlijk dromen over dit sterrenleven en zeg hem ondertussen dat hij bijna te laat is voor zijn baan als vakkenvuller bij de Jumbo.